Werk aan het erf

In het huis moet nog van alles gebeuren. Maar zo langzamerhand zijn we de – excusez le mot- teringbende die het erf is ook helemaal zat. Dus krijgt die even voorrang.

We willen al zes jaar een vlonderterras naast de werkplaats aanleggen en omdat we er maar niet aan toe komen hebben we nu eindelijk een aannemer ingeschakeld. Die heeft half september netjes een heleboel paaltjes in de grond gejekkerd en er liggers aan bevestigd. Helaas bleken de vlonderplanken bij zijn leverancier niet voorradig. Dus we moeten nog even geduld hebben…

Intussen zijn we bezig met een ander project op het erf: de Nieuwe Stal. Maar, zoals zo vaak: vóór je iets kunt doen moet je altijd eerst iets anders doen. In dit geval moeten eerst de bouwsels die op de plek staan van de Nieuwe Stal weg: het oude varkenshok en de Noordschuur. En dan moeten die eerst leeg, en daarvoor moest dus eerst de berging in het achterhuis afgetimmerd en voorzien van een vloer.

Toen konden we weer ouderwets schuurtjes gaan leegtrekken. We hebben in zes jaar tijd alweer aardig wat zooi verzameld. Goed om daar eens met de stofkam doorheen te gaan.

En daarna ging eerst het varkenshok tegen de vlakte. Het weekend daarop heeft Joris al het hout van de wanden van de Noordschuur getrokken.

De oude, vieze en schilferende asbestplaten hebben we laten verwijderen. Dat is de vierde, en laatste sanering!

Ik kan niet wachten tot de nieuwe schapenstal klaar is.

Blauwtong (1)

Eén van de redenen waarom ik oorspronkelijk geiten wilde om te melken, en geen schapen, was dat schapen gevoeliger zijn voor ziekten. De reden dat ik toch voor schapen koos was dat ze jaarrond buiten kunnen. Dat is wel handig, want wij hebben heel veel buiten en nauwelijks stal.

En tot nu toe viel het wel mee met de schapenziekten. Ik had niet het idee dat ze nu heel veel meer kwalen hadden dan geiten.

Maar. Begin september sloeg het bericht in als een bom: er is weer blauwtong in Nederland. Een virus, verspreid door een knuttensoort, wat alle herkauwers kan besmetten. Maar vooral schapen worden er echt ziek van. Doodziek, vaak.

Als een schaap door een besmette knut gestoken wordt verspreidt het virus zich via de lymfe en tast her en der in het schapenlijf slijmvliezen aan. Bij de bovenrand van de hoeven, dan kunnen ze niet meer op hun poten staan van de pijn. In het ergste geval laten de hele hoeven los, wat meestal fataal is. Of in de bek: een dierenarts sprak van dieren “waar je eigenlijk met je vingers gaten trekt in het gehemelte”. In de longen, waardoor ze het benauwd krijgen en uiteindelijk stikken. En vast nog op andere plekken waardoor de dieren doodziek worden.

En je kunt er helemaal niets aan doen. Er is geen virusremmer. (En sinds corona weten we natuurlijk allemaal dat antibiotica niets doen tegen virussen.) Er is (nog) geen vaccin. Het enige wat je kunt doen is pijn bestrijden en de dieren die niet al te ziek zijn zo goed mogelijk aan het eten en drinken houden.

Dus ik houd sindsdien de verspreidingskaartjes èn de dieren angstvallig in de gaten. De thermometer en pijnstiller staan klaar. En in het achterhuis is een stukje uitgeruimd, waar zo nodig een extra ziekenboeg kan worden ingericht.

Vorige week zag Krelis de hamel er opeens ongelukkig uit. Hangende oren, ging steeds liggen, wilde niet staan. En een rare uitslag of roofjes op zijn bovenlip. Dierenarts gebeld, die heeft bloed afgenomen om te laten testen. Meteen ook van Lisa, die een beetje mank liep. Omdat de laboratoria overbelast zijn duurt het wel een week voordat geanalyseerd kan worden of het inderdaad blauwtong is. In de tussentijds de dieren maar verwennen: de rantsoenen brokjes opgeschroefd en ze ruimschoots van mineralenemmers voorzien.

Zieke Krelis in de stal gezet, met lekkere blaadjes uit de moestuin verleid om te blijven eten, om de dag een shot pijnstiller gegeven en dagenlang iedere anderhalf uur wat brokjes gebracht. Alleen in de stal liggen vond hij maar niets, dus we gingen af en toe even bij hem zitten om hem gezelschap te houden en te masseren (van al dat liggen werd hij erg stijf). De roofjes onder zijn neus werden dikke bruine korsten, maar hij bleef wel eten en wilde na drie dagen ook weer gewoon de wei in. Ik maakte me nog even zorgen over zijn hoeven, maar hij lijkt er door te zijn, hij staat nu weer regelmatig op zijn poten.

Na een week kwam de uitslag: Krelis had inderdaad blauwtong, Lisa niet. Pfff, dat is één. Nu wachten op de volgende. En hopen dat er snel een vaccin komt.

Update

Uit alle hoeken hoor ik ‘Waarom ligt het blog stil, gaat alles wel goed bij jullie?’ Ja, alles gaat goed, nog net. Maar deze zomer was zo ontzettend druk (en daar komt maar geen eind aan, zowel aan de drukte als aan het zomerweer) dat ik íets moest schrappen. En dat werd dus het schrijven van nieuwe blogjes.

Vanaf eind juli ging het weer regenen. En het bleef regelmatig regenen. Dat betekende dat de hof weer groen werd (hoera!) Er was weer gras voor de schapen en die reageerden daarop door de melk gul te laten stromen. Heel gul… op het hoogtepunt had ik 10 liter melk per dag. Dat betekent dus heel veel kaas maken: halloumi, feta, verse kaas met en zonder smaaktoevoegingen, soms mozarella, iets wat op Brie/ Camembert lijkt en zeker één á twee keer per week een ‘Gouds’ kaasje. En kaasmaken is schoonmaken, er komt altijd veel poetsen aan te pas. De melkverwerking kostte me op zeker moment al dagelijks bijna een halve dag!

De vijf lammeren groeiden goed en waren buitengewoon schattig. De drieling is verkocht aan hobbyschapenhouders. De dochters van Nel en Babette kon ik ook verkopen, maar ik heb besloten dat dit het laatste lam van Babette gaat zijn (de laatste twee bevallingen moest de dierenarts er bij komen) en ik vond dat ze die dochter bij zich moest kunnen houden. Toen kreeg ik Nel d’r Mini ook niet meer verkocht. Dus zijn Mini en Puck definitief aan de kudde toegevoegd.

Bij de schapen kreeg ik overigens wel hulp: Saskia wilde leren melken en fietste maandenlang elke middag van Nijeholtpade naar De Hoeve om te helpen met de middagmelk. Bruno de dekram en zij kunnen het ook uitstekend vinden. Als ik nu weer een keer ziek word kan er tenminste iemand Joris helpen met de schapen!

Begin augustus heeft de poel weer een maaibeurt gekregen. Anne, Derk en Gijsje hielpen om het maaisel op te harken en als mulch rond de boomsingels aan te brengen.

Het weekend daarna kwamen Robert en zijn dochters weer kamperen. Dat doen ze één keer per jaar en áltijd regent het dan pijpenstelen. Ik heb ze meerdere malen op mijn blote knietjes gevraagd om hun vakantie te verplaatsen naar juni, als het hier gortdroog is. Maar ze zeggen dat dat niet kan vanwege school. Je zou zeggen dat er een uitstekende les over klimaatverandering in zit…

En zo bleven er mensen gezellig aanlopen. Als ik terugblader in mijn agenda zie ik dat die vooral bepaald werd door drie zaken: twee keer per dag melken en het verwerken van de melk, mijn kantoorwerk en zeker één á twee keer per week bezoek. Tussendoor probeer ik het huis en de moestuin op orde te houden, het gras te maaien, stallen en hokken van schapen, eenden en kippen schoon te houden, al het gedierte (en de visite) te voorzien van hun natjes en hun droogjes, de oogst uit de moestuin te verwerken en alvast voorbereidingen te treffen voor toekomstige projecten. De dagen beginnen om 5.30 en om 21.30 val ik afgedraaid in bed. Aan de lange lijst van klussen die al maanden op de rol staan kom ik gewoon niet toe!

Zo staan al maanden op het lijstje: de kachel een nieuw stuuklaagje geven en wit verven, de keukenmuur, bijkeuken en het muurtje tussen de woonkamer en keuken stuken, de veronderstelde scheur in de buitenmuur van de bijkeuken onderzoeken (maar dan moeten de potdekselplanken van de muur en onze Franse veldwespjes hebben daar een nest en zijn er waarschijnlijk niet van gecharmeerd), de raampjes tussen woonkamer en keuken schilderen, het raam tussen badkamer en bijkeuken opknappen, schuren en schilderen, verschillende muren in de hal stuken en verven, de kozijnen buiten schoonmaken en opnieuw oliën (of toch wit schilderen?), swales laten graven om ’s winters beter water vast te houden, de locatie voor nieuwe diepe aardpennen bepalen en die aardpennen slaan zodat we voldoende ‘klap’ op de schapenhekken kunnen zetten, de siertuin wieden, mulchen en verder inplanten en verschillende dingen doen voor de ‘Buurtmarkt’ die ik aan het organiseren doen. Inmiddels komen daar weer seizoensgebonden zaken bij: het helofytenfilter maaien en het riet versnipperen, de eendensloot uitmaaien en de kanten verstevigen door het maaisel als ‘zinkstukken’ vast te zetten, de moestuinbedden leeghalen en afdekken, de witlofwortels opkuilen, de composthopen keren zodat er ruimte in de compostbakken is om de stal uit te mesten en hout zagen. O ja, ik moet ook de BTW weer doen.

Tot zover mijn verklaring waarom de blogs even op de achtergrond kwamen.

Joris is overigens wel ijverig bezig geweest. Hij heeft van de zomer eerst de openslaande deuren in de keuken gerepareerd. Het gebint (wat in 2019 van vers eiken is gezaagd) was gaan werken. Dat is op zich normaal. Helaas was de liggende balk boven de openslaande deuren zodanig gaan krom trekken, dat die op de deuren drukte. Om dat te verhelpen moest het hele kozijn blootgelegd. Dat kostte een weekendje vloeken, maar nu kunnen de deuren weer gewoon open en dicht. En staat het stuken van de muur waarin die deuren zitten ook op mijn lijstje.

Daarna heeft hij de vloer in de slaapkamer en inloopkast geëgaliseerd, er een parketvloer overheen gelegd en de kast in de inloopkast in elkaar gezet. Daarvoor hebben we weer een paar weken boven geslapen, wat betekende dat de zolder weer ontruimd moest worden. Ach, het voordeel van alles regelmatig verplaatsen is dat het stof niet al te veel gelegenheid krijgt om op te hopen. En wat hebben we nu een heerlijk luxe en ruime slaapkamer! Nu alleen nog de narcissenschilderijen ophangen, plintjes aanbrengen en de deur schilderen…

En intussen begon de voorraadkelder aardig gevuld te raken met kaas, aardappels, inmaak, pompoenen en zelfgemaakt wijn-experimenten. Op naar het najaar!

Energie (2)

Vorig jaar bedroeg onze energierekening € -21. Ik vermoedde dat dat kwam omdat we toen nog niet een winter in het huis gewoond hadden. Tenslotte verbruiken we ’s winters best veel elektriciteit met koken, verlichting, wasmachine en dergelijke en soms het op temperatuur houden van het buffervat, als de zonneboiler het niet doet wegens te weinig zon en de kachel nog niet aan hoeft. In de zomer probeer ik de wasmachine en vaatwasser aan te zetten bij zonnig weer, als de zonnepanelen draaien, maar ’s winters kan dat nauwelijks.

Dus ik was heel benieuwd naar de energierekening voor dit jaar. En het viel niet tegen. Toch nog een negatieve rekening, wat erg positief is! We hadden 12 x €87 aan voorschot betaald en kregen €1328 terug. Gemiddeld dus een rekening van € -23,66 per maand. De panelen wekken meer op dan we verbruiken!

En hoeveel hout hebben we nu verstookt? Mijn inschatting was dat we per jaar tussen de 5 en de 8 m3 zouden verstoken. Dat was een wilde gok, en ik had het idee dat het aan de lage kant was. Maar afgelopen winter hebben we amper meer dan 4 m3 verstookt. Nu was het een zachte winter, maar dat schijnt ook meer regel dan uitzondering te gaan worden.

Kortom: we zijn erg tevreden over de energieprestatie van het huis. Dat aspect is in elk geval uitstekend gelukt!

Zomerdrukte

De zomer is (zoals voor elke hobbyboer of (moes)tuinier) razend druk. Dit jaar nog meer dan anders….

De hete en droge periode in juni zorgde voor heel veel stress en extra werk. De schapen (Sandra en Nel lacterend en Babette hoogdrachtig) stonden in de verzengende zon… en er was niets te eten. Ze krijgen ’s ochtends en ’s avonds brokjes; daarnaast bracht ik ze vier keer per dag hooi (de ‘grote wintervoorraad’ slonk als sneeuw voor de zon met een baaltje per dag!) en sneed ik één keer per dag takken met bladeren voor ze, zodat ze tenminste iets groens te eten hadden. Vreselijk arbeidsintensief dus, maar het was bij lange na niet genoeg en ze gingen zienderogen achteruit. Vooral Sandra met haar drieling had het zwaar en zag er uit als een derdewereldschaapje.

Intussen moest ik natuurlijk ook elke dag water geven in de moestuin en aan de potten op het terras. En oogsten en de oogst verwerken (al was dat een stuk minder werk dan vorig jaar, het groeide natuurlijk ook niet zo hard…)

Uiteindelijk beviel Babette op 22 juni toch ook nog van een dochter. Nadat ze al drie dagen en nachten hoogst ellendig had staan kreunen en ik er zelfs weer de dierenarts had bijgehad. Dit wordt dus haar laatste lammetje. Omdat ze voor veel consternatie in de midzomernacht heeft gezorgd noemen we haar Puck.

Vanaf eind mei begon ik het lam van Nel te spenen. Dat was ook ingewikkeld, omdat het maar één lam was. Bij mij gaan de lammeren als ze drie weken oud zijn ’s nachts apart van de moeder, dan melk ik ’s ochtends de moeder en gaan ze er weer bij. Na een week gaan ze een uurtje langer apart en zo voer ik dat op tot ze op een leeftijd van acht weken helemaal bij de moeder weg gaan.

Maar daar zijn ze het natuurlijk Buitengewoon Niet Mee Eens, vooral in het begin. Dus dan slaap ik een week niet omdat ze de hele nacht aan het schreeuwen zijn. En daarna twee weken slecht en te kort. Om half vier begonnen moeder en kind ze alweer te schreeuwen. Het feit dat het lam in haar eentje was, zonder steun van leeftijdsgenootjes, hielp natuurlijk niet.

En toen wat Nel en haar Mini betrof de rust weer enigszins was weergekeerd moest ik aan het volgende ‘klasje’, de drieling, beginnen. En tenslotte Puck, die ook over goede longen bleek te beschikken. Af en toe was ik zó moe, dat ik vlekken voor mijn ogen zag…

Het hielp wel enigszins toen ik toestemming van de boer kreeg om de schapen op het verpachte stuk te zetten. Daar is tenminste nog gras en schaduw.

Intussen ben ik ook eindelijk bezig om samen met een permacultuur-ontwerper een ontwerp te maken om de hof klimaatbestendiger in te richten. Want dat dat nodig is, is wel duidelijk. We moeten meer regenwater vasthouden in tanks voor bewatering, maar daarnaast ook gewoon in en op het land. Daar komt veel uitzoekwerk bij kijken. Offertes voor plaatsing van tanks en regenwatersystemen en uitzoeken hoe de waterhuishouding van het land precies is. Ik heb een hele ochtend een bevriende hydroloog en een hydroloog van Wetterskip Fryslân over het terrein geleid en met hen gebrainstormd over inzijgingspercentages, bodemweerstand, afstromingsdebieten en mogelijke maatregelen om water vast te houden.

En uiteraard melk ik nu drie schapen en moet die melk verwerkt, dus dat betekent regelmatig kaas maken en heel veel schoonmaken om de vliegen onder controle te houden. En natuurlijk gewoon het huishouden en kantoorwerk.

Op 5 juli kwam storm Poly over. Gelukkig bleef het bij afgewaaide takken en wat rommel in de moestuin. Helaas kregen we er weinig regen bij. Het blijft bizar hoe de buien telkens om De Hoeve heen trekken.

Aan klussen kom ik niet toe, met dit alles. Joris wel! Die heeft in de hal de eerste van de mooie eiken vensterbanken gemaakt, van het hout wat we in 2020 hebben laten zagen. Dat is echt een finishing touch! Iedere keer dat ik door de hal kom geniet ik van de aanblik. Het is wel heel veel werk nu; het was natuurlijk gemakkelijker geweest om de vensterbanken te plaatsen vóór het stuken en ze dan in te stuken. Maar ja, toen kwam het niet uit…

Verder is hij muren in het achterhuis aan het plaatsen, zodat we daar alles uit de noordschuur heen kunnen verplaatsen, zodat we de noordschuur kunnen afbreken, zodat we komende winter de definitieve stal kunnen bouwen. En we slapen weer tijdelijk boven, zodat hij de inloopkast en slaapkamer kan afmaken. Dat betekende ook dat eindelijk de oude kleerkast uit elkaar ging, zodat de achterwanden vrij kwamen, zodat we de bijkeukenkast in elkaar konden zetten.

Nu (eind juli) valt er eindelijk weer wat regen. En ik heb de drieling verkocht. Hopelijk wordt het nu wat rustiger. En zo hobbelen we de zomer door…