Transformatie van het erf

Toen we het huis kochten lag het achtererf vol rommel. Rottend hout, ooit geparkeerde voertuigen, een oude slijpmachine, roestig prikkeldraad en massa’s ander schroot. Met hoog opschietende brandnetels en vlierstruiken ertussen. Het groene deurtje links van de hoge baanderdeuren (moeilijk te zien) is de toegang tot wat nog jarenlang als onze stal zou functioneren.
Dat moest allemaal uit de weg, zodat we het voorste deel van het asbest van de noordschuur konden laten halen, en er de stacaravan onder zetten.
Joris maakte nieuwe deuren voor de ‘smeerputschuur’. En vervolgens lag het erf er een jaar lang zo bij. Links het hekje rond de stacaravan. Dat was nodig om te voorkomen dat Aska wegliep.
In de eerste maanden van 2019 braken we de boerderij af. De grupstal (achter Joris op de foto) bleef staan als bergruimte (en kreeg al snel de functie van schapenstal).
in juli 2020 timmerde ik tegen de restanten van de oude stal nog een tijdelijk hokje voor de zitmaaier. Kon ik mooi die deuren voor hergebruiken. Tegen de oude stal kwam steeds meer zooi te staan. De betonstaalmatten op deze foto stonden er in 2024 nog steeds (overwoekerd door onkruid). Toen hebben we ze gebruikt voor de vloer van de nieuwe stal.
Foto van het erf in juli 2021. We woonden nog steeds in de stacaravan. Noodgedwongen benutten we ieder gebouw wat er was om dingen tegenaan te zetten, zoals palen, houthokken en regentonnen. Het verwijderen van het onkruid tussen de stenen had ik inmiddels opgegeven.
December 2021
Het erf in juli 2022, net nadat de stacaravan weg is. Alle troep in en om de noordschuur staat er nog.
september 2023: In het huis is een berging gemaakt, dus kan nu de noordschuur leeggehaald. Het houthok en de palen opslag waren al eerder weggehaald.
Een laatste beeld van het varkenshok, oktober 2023
Het is weer verbazend wat er allemaal uit zo’n schuur komt.
oktober 2023: helemaal leeg
En nadat al het hout er af is, klaar voor de laatste asbestsanering
12 oktober 2023
En toen was de noordschuur opeens weg! 16 oktober 2023
Plaatsen van het gebint voor de nieuwe stal, 13 februari 2024
En het gebint zelf, maart 2024
Het dak er op, april 2024
Het erf in mei 2024. We zijn druk bezig met voorbereidingen voor het storten van de betonvloer van de stal.
mei 2024
het erf in juni 2024; de nieuwe stal kan in gebruik worden genomen en de deuren zijn al uit het maaiershok gehaald
juli 2024: afbraak van het maaiershok
… en afbraak van de oude stal
In juli 2024 is voor het eerst de ruimte op het nieuwe erf zichtbaar
augustus 2024: verder aan het buitenwerk van de nieuwe stal
augustus 2024: na aanleg van kabels en leidingen
September 2024: na aanleg van het zandbed
En na aanleg van de bestrating. Wat een verschil!

Bestrating

En toen was het tijd voor de Laatste Echt Grote Klus: het bestraten van het erf. We modderen al zeven jaar aan op het onverharde erf. De eerste herfst regende het zo vreselijk veel, dat we in december alleen over een looppad van planken van de oude boerderij (die stond toen nog) met droge voeten naar de stacaravan konden komen.

De jaren daarna ging het erf veelvuldig open en weer dicht. Om riolering van de stacaravan naar de septic tank aan te leggen, om de afvoer van de werkplaats daarop aan te sluiten, om water en stroom naar de werkplaats te trekken, om de riolering van de stacaravan weer af te sluiten toen die weg was, om een oude septic tank te verwijderen… het werd er allemaal niet begaanbaarder op.

Daarbij snak ik al jaren naar afgebakende parkeerruimte voor onze eigen voertuigen en die van bezoekers (en bezorgers), zodat er niet meer overal op het gras ge(par)keerd wordt. Door het gebruik als (par)keerplaats is de grond voor het huis inmiddels zo hard als steen geworden. Zelfs de scherp gepunte paaltjes van de schapenhekjes krijg je er nauwelijks meer in. Bovendien vinden we het helemaal niet fijn dat we aan de voorkant van het huis uitkijken op het parkeerplaatsje dat is aangelegd vanwege de gelekte olie in april 2018. Groen gras kijkt fijner.

Er zit dan ook al jaren een grote parkeerplaats / bestraat erf achter het huis in de planning. Maar uiteraard moest eerst het huis gebouwd. En de nieuwe stal gebouwd. En de oude stal afgebroken. En nog een miljoen dingen. Maar dat is nu eindelijk allemaal gebeurd. Er moeten nog wel een paar schuurtjes en houthokjes gebouwd worden, maar dat kan ook, zelfs beter, als de bestrating er eenmaal ligt.

Het plaatsen van de regenwatertank zorgde natuurlijk ook voor een ravage. Om de overlast zo beperkt mogelijk te houden hadden we daarom die plaatsing en de bestrating in één keer aanbesteed. Het zou allemaal binnen twee weken gebeuren. Zo zou de overlast een beetje binnen de perken blijven en zouden we snel verder kunnen met de rest van de najaarsklussen.

Dit was een klus waar ik best tegenop zag. Niet alleen moest om te beginnen alles wat je straks op dat bestrate erf kwijt wilt, juist van het erf áf. Het is ook een enorme klus, met veel zware materialen (zand en stenen) en dus grote machines. Zoals ik al vreesde leverde dat al snel de nodige (en onnodige) ‘collateral damage’ op aan het land, het puinpad en de delen van de tuin die al zijn aangelegd.

Eerst kwam er een enorme hoeveelheid (ongeveer 60 m3) zand. Daarvoor moest dus zes keer een enorme trekker met enorme kieper zand het pad op rijden en keren (op het weiland uiteraard) om het te kunnen storten. Op sommige plekken is het erf wel 40 cm hoger geworden! Dat was best even schrikken. We kregen de eerste discussies met de mannen over de hoogteligging. De bestrating werd nu wel heel prominent.

Het was direct al wel prettig om nu rechtstreeks van het huis naar de stal te kunnen lopen, zonder dat je over en om allerlei obstakels hoeft heen te lopen.

Daarna werden de banden voor het straatwerk op hoogte geplaatst. In het straatwerk hebben we een paar ‘plantsoentjes’ uitgespaard. Om het erf niet helemaal tot steenwoestijn te maken, omdat er ter plaatse van de regenwatertank niet met auto’s gereden mag worden en omdat er allemaal kabels en leidingen naar boven komen. Al er dan iets aan de aansluitingen veranderd moet worden hoeven we tenminste niet het straatwerk open te maken.

Hier is de afvoerbuis van de regenwatertank te zien, die loopt langs de vijver en de vlonder naar de sloot.

Dan de stenen… die moesten natuurlijk ook met een grote kiepwagen gebracht. En ergens gestort. Dat gebeurde op zich redelijk netjes op en naast het oude parkeerplaatsje.

De stenen werden met een shovel gebracht van de voorraad naar het punt waar ze aan het bestraten waren. Maar die shovel pakte ook de hele grasmat waar de stenen op lagen mee. En bovendien werd de ‘dijk’ van stenen steeds verder het gras op geschoven. Het begon er vóór het huis steeds kapotter uit te zien. En er kwam de nodige zwarte aarde in het nieuwe straatwerk.

Intussen konden we maar beperkt van het erf gebruik maken. Elke avond en ochtend gepuzzel om de schapen van en naar de stal te krijgen.

Na een poosje besloten de mannen dat er zand tekort was, dus er werd nog wat gebracht. ” Ja, nu ligt er wel wat veel. Maar dat ruimen we wel weer op.”

Onze irritatie begon aardig toe te nemen. De mannen hadden nogal wat sturing nodig, maar waren daar niet erg van gediend. Opmerkingen over de hoogteligging of de uitvoering werden kortaf, niet of met een smoesje beantwoord. En we konden er nooit van op aan of ze kwamen of niet. (Zelf hoorden ze dat overigens ook pas ’s ochtends vroeg.) Op vrijdag 13 september zou het straatwerk worden afgemaakt. Het moet gezegd worden: dat was binnen twee weken. Maar twee uur na hun normale aanvangstijd kreeg ik een appje dat ze die dag niet kwamen.

Op maandag gingen ze verder. Blijkbaar was er nu wel noodzaak om het snel af te krijgen, want er werd opeens geen pauze meer gehouden. Op blikjes Fanta en Red Bull (die ik later overal terugvond) werd er doorgestoomd, waarna de stratenmakers zonder groet vertrokken. Het restant van de stenen nog zou worden opgehaald.

Nu lag er nog flink wat: Van 17.00 tot 20.00 waren twee jongens bezig om het restant stenen op te ruimen. De 20 m3-container (!) was helemaal vol. “En het zand dan?” “Dat komen we zo dadelijk nog ophalen.”

Om 21.45 kwam er nóg een container, voor het overtollige zand. En zo stonden we tot 22.30 in het stikdonker te proberen om het zand dat op en naast het puinpad lag enigszins schoon in de container te scheppen.

Daarbij bleek dat onder het zand de bestrating niet aansloot op het puinpad. Er zit een hoogteverschil van maar liefst 19 cm tussen en er is ook niets gedaan om de bestrating daar vast te zetten. Dus binnen een paar dagen zagen we de stenen al loskomen.

Aan de andere kant van het erf loopt de bestrating niet áf naar het oude maaiveld, maar juist omhoog. Er is een hele berg zwarte grond gedumpt om dat ‘netjes’ af te werken. Maar we hebben de mannen (voor ze vertrokken) vriendelijk gezegd dat dat niet meer hoefde. We vermoedden dat daarbij meer kapot gemaakt dan hersteld zou worden.

Dus. Aan de najaarsklussen komen we voorlopig niet toe. Er moet een heel stuk weiland gefreesd en opnieuw ingezaaid worden om de grasmat te repareren. De vijver bij de moestuin moest half afgebroken worden, zodat ik ‘m iets kon verhogen, om hem iets beter bij het nieuwe maaiveld te laten aansluiten. Dat moet op die plek namelijk flink omhoog gebracht, want nu ligt er een diepe kuil tussen bestrating en werkplaats/vlonderterras.

We moeten iemand vinden die de uiteinden van de bestrating opnieuw kan leggen (en nu wel stevig en richting het bestaande maaiveld), we hebben besloten niet meer in discussie te gaan met dit bedrijf. (Helaas zitten alle andere bestratingsbedrijven tot volgend jaar vol…).

Er moeten vele, vele kruiwagens grond versleept worden om overal het maaiveld op te hogen richting de bestrating. (Aan het feit dat het midden van het erf zeer prominent te hoog ligt is echt niets meer te doen, behalve helemaal opnieuw bestraten).

De mooie kastanjehouten hekjes rond de moestuin moeten grotendeels verplaatst, om aan te sluiten bij het nieuwe pad, de nieuwe vijver en het vlonderterras (nou ja, dat was onvermijdelijk). De border moet opnieuw ingeplant.

En het puinpad, wat nu vol kuilen zit, moet gerepareerd worden. Als we dat laten doen met het puin van het oude parkeerplaatsje kan de overgebleven zwarte grond (er ligt nog steeds een bult van het uitgraven van de fundering van het huis) gebruikt worden om het gat dat ter plaatse van het parkeerplaatsje overblijft op te vullen.

Zoals ze hier zeggen: “D’r is een bult wark achter wegkomm’n.” En dat is nog los van de klussen die ik al gepland had ‘voor als de bestrating er zou liggen’.

Maar goed, we kunnen nu wel met droge voeten van het huis naar de stal en de werkplaats, de trekker staat onder dak en er is ruimte om (niet op het gras) te parkeren. Dus aan de slag maar weer.

Hooi op zolder!

De zomer is voorbij en de laatste week van augustus /eerste week van september zijn meteen gruwelijk druk! Niet alleen kwamen de stratenmakers een tank plaatsen en het erf bestraten, het rammetje van dit jaar moest ook naar de slager gebracht (dat is een hele operatie want hij moet voor 6 uur ’s ochtends in Dokkum afgeleverd en we moeten er een goedgekeurde veewagen voor lenen) én het was goed weer om het hoognodige laatste hooi te maken.

En dit keer gewoon hooi, geen kuil! Want we hebben nu een echte hooizolder!

Dus veel schudden, harken, voldoende laten drogen, de balenpers en… voor de eerste keer hooi op de hooizolder. Mooi wark!

Regenwatertank plaatsen

Omdat voor het plaatsen van de regenwatertank het hele erf sowieso op de kop moest, hebben we plaatsing van de tank en het erf bestraten als één klus aanbesteed. En op 31 augustus (na veel bellen en nog wat vijven en zessen…) kwam het bestratingsbedrijf de tank plaatsen!

Een groot gat… nog best spannend om hem op de juiste diepte te krijgen. Dat is sowieso lastig, omdat ons erf best sterk afloopt. Daarom hebben we de tank ook in een border gepland; dan maakt het net wat minder uit of hij wel helemaal ‘flush’ is met de werkhoogte dan wanneer hij in de bestrating zou liggen.

Met de kraan tillen is wel makkelijker dan met onze trekker…

Deels vullen met (leiding)water, zodat hij goed stevig en pas komt te liggen. Voor opdrijven hoeven we hier niet bang te zijn!

Daarna weer aanvullen met (goed verdicht) zand.

De schachtverlenging er aan maken…

En daar ligt-ie. Met een sleuf door het toegangspad voor de afvoerbuis. Die moet helemaal naar de sloot lopen. Mijn mooie moestuinbassin ligt hoger dan de tank nu is komen te liggen. Dus daar kan hij niet meer op afwateren. Maar de sloot ligt diep zat. Alleen wel 20 meter verderop… nog ff een geultje langs de vlonder graven dus.

Regenwateropslag

Toen we het huis ontwierpen probeerden we om de installaties zo milieuvriendelijk mogelijk te plannen. Eén aspect daarbij was het gebruik van regenwater. Het leek ons helemaal niet nodig om de wc met drinkwater door te spoelen.

Maar tijdens het oriënteren bleek dat ingewikkelder en duurder dan we hadden gedacht. We spreken 2014-2017, nog voordat we hier gingen wonen. Watertekorten en droge zomers waren nog helemaal geen issue. Een regenwatertank van een beetje serieuze omvang bleek wel €10.000 te kosten. En toen we onze stek in De Hoeve eenmaal hadden aangekocht wisten we eigenlijk ook niet goed hoe we zo’n ding ter plaatse moesten krijgen. En intussen (we spreken 2018) waren we met wel twintig andere puzzels bezig in ons hoofd (asbestsaneringen, de afvoer van alle zooi, alle tijdelijke voorzieningen om te kunnen overleven, het helofytenfilter, ontwerp van het huis en de werkplaats, materialen, isolatiedetails, toekomstige benodigde bijgebouwen, volgorde van bouwen en toegankelijkheid van het terrein, ruzie met de welstand, vergunningen, afmetingen van het buffervat, aantal benodigde zonneboiler- en zonnepanelen, ontwerp en locatie van de leemkachel…). Ons hoofd liep om.

Vrienden van ons hadden enkele jaren eerder een eco-huis laten ontwerpen met een uitgebreid regenwatersysteem. En daar was de tank vervuild geraakt met bitumen van het platte dak. “Dat was dus weggegooid geld”, reageerde de betreffende vriend, toen ik hem ergens in 2018 naar ervaringen en advies vroeg. Dat deed de deur dicht: choose your battles. Je kunt niet op alle fronten tegelijk voor de troepen uit lopen.

Vooral omdat andere vrienden intussen in Bennekom in hun tuin een grondwaterpomp hadden laten plaatsen. ” Prima water voor wasmachine en plee” appte deze vriend. En “Dan gebruik je eigenlijk de grond als waterreservoir”.

Dat klonk goed. Tenslotte hebben we geen riolering: al het afvalwater wordt gezuiverd in ons helofytenfilter en dan op het oppervlaktewater geloosd. Dus lieten we in de kelder (nog voordat het beton gestort werd) een grondwaterbron slaan, met het idee om daar de wc mee door te spoelen.

Maar. We hadden twee dingen niet bedacht.

Eén: het grondwater hier is – in tegenstelling tot Bennekom – heel rijk aan ijzer. Dus je moet ook een ontijzeringsinstallatie hebben, om te voorkomen dat je wc binnen de kortste keren bruin uitslaat. Dat hadden we op zich wel bedacht.

Maar het tweede, belangrijker punt is dat de grond als waterreservoir lek is. In de winter wordt het grondwater aangevuld door de regen. Maar het Wetterskip pompt overtollig grondwater naar het IJsselmeer. En dat doen ze eigenlijk sneller dan ik zou willen. Tijdens de droge zomers van 2018-2019-2020-2022 stond het grondwater dan ook heel laag. Dus juist op het moment dat je (drink)water zou willen besparen kan je daar geen gebruik van maken. Regenwater is toch beter.

In 2022 waren de opinie en het beleid ten aanzien van regenwatersystemen dan ook gekanteld. Tanks werden goedkoper, er werden subsidieprogramma’s opgetuigd en Belgische producenten (waar regenwatersystemen al langer verplicht zijn) gingen de Nederlandse markt op.

Helaas had ik toen het terras aan de voorkant van het huis net aangelegd. Het was natuurlijk het makkelijkst geweest om dáár een regenwatertank onder te plaatsen. Maar ik had geen zin om dat weer overhoop te halen. En aan die kant van het huis zit er ook geen mantelbuis meer waardoor we het water het huis in zouden kunnen krijgen.

Dus toen we in 2023 bezig waren met het ontwerp van de nieuwe stal en de inrichting van het achtererf, besloten we dat daar ook een regenwateropslag in moest worden opgenomen. Een regenwaterkelder als fundering voor de nieuwe stal bleek héél kostbaar. Een berijdbare – betonnen – tank van serieuze omvang was niet meer achter het huis te krijgen (te weinig ruimte voor vrachtwagen met hijsinstallatie en/of een te diep gat nodig waarvoor een te grote kraanmachine nodig zou zijn). Bleef over: een kunststof tank. Daar kan je niet overheen rijden (dan moet er een plaat gewapend beton op en daar hadden we ook niet zoveel zin in). Dus die moet ofwel afgedekt worden met een zit-terrasje, ofwel flink diep onder de grond, zodat je er een tuin op kunt aanleggen.

Omdat al een groot deel van het erf bestraat wordt kozen we voor het laatste. Na eindeloos scrollen door de website van tank-aanbieders viel de keuze op de 10.000 liter Beluga-tank van Bollaert. Die lijkt te passen in (onder) het perk langs de west-hoek van het huis. De consequentie is wel dat we op die plek voor goed vochtvasthoudende grond zullen moeten zorgen.

Stap één is de tank hier krijgen. Bollaert adverteert met ‘gratis bezorging door heel Nederland’, maar dat is natuurlijk met een vrachtwagen die hier niet kan komen. Geen probleem, ik heb van tevoren drie keer gebeld en bij alle correspondentie er bij gezet: ‘We spreken af op het parkeerplaatsje in het dorp bij de school, tegenover Jokweg 16. Laat de chauffeur een half uur voor hij op De Hoeve is mij bellen, dan zorgen wij dat we ter plaatse zijn met de trekker en platte kar om de tanks over te nemen’. (Ik heb ook meteen nog maar een 2000-liter tank voor aan de voorkant aangeschaft.)

Uiteraard belde op zeker moment de buurvrouw van Jokweg 16 dat er een hele grote vrachtwagen voor de deur stond…

Helaas was het parkeerplaatsje niet leeg, zoals ik had gehoopt, maar stond er een bijzonder glimmende Audi (waarvan niemand wist van wie hij was) midden op. Daardoor stond de vrachtwagen half op de weg en hadden we te weinig ruimte om met de trekker te manoeuvreren. De piepjonge chauffeur wist zich ook geen raad met de situatie. Gelukkig kon Joris hem in zijn beste oost-Brabants op zijn gemak stellen.

Vanzelfsprekend kwam er net op dat moment een hele bult auto’s over de (anders heel rustige) Jokweg. Uiteindelijk hebben we (met hulp van Tom en Eerde) de platte kar opzij gezet en heeft Joris de tank met de lepels van de trekker opgepakt en op de kar overgezet.

Toen nog op het erf krijgen. En dat is stap één. Nu nog de grond in…