Kelder stuken

Het grootste deel van het huis gaan we stuken met leem. Maar in de badkamer en kelder willen we kalkstuc gebruiken. Dat is beter tegen vocht bestand dan leem en is bovendien bacterie- en schimmelwerend.

Nu is stuken met kalk wel een stuk lastiger dan met leem. Er komt meer vakmanschap bij kijken. De ene kalk is de andere niet; je hebt allerlei soorten. En het maakt ook enorm veel uit wat voor en hoeveel soort zand je er aan toevoegt. Als je het niet goed doet kunnen er krimpscheurtjes in komen, kan de stuc poederig blijven afgeven of kan het, in het ergste geval, loslaten van de muur.

Het lastige is, dat ik al mijn kennis uit een boekje heb (hierboven). Wel een heel goed en duidelijk boek, maar het blijft theorie. En het verschil tussen theorie en praktijk is dat in theorie theorie en praktijk hetzelfde zijn maar in de praktijk niet. (Aldus een café in Amersfoort waar ik vroeger dagelijks langsfietste en dat om de zoveel tijd een nieuwe tegeltjeswijsheid etaleerde.)

Gelukkig is er in Nederland nog een bedrijf dat wel > 100 jaar vakkennis uit de praktijk heeft: de Mortel compagnie. En ondanks het feit dat ik daar nog nooit iets besteld heb (maar dat kan zomaar gaan veranderen) waren ze zo vriendelijk wat van mijn vragen te beantwoorden. (Oh wat word ik toch blij van dit soort ambachtelijke bedrijven!) En de kelder is een mooi project om te experimenteren. Zolang de stuc op de muur blijft zitten en niet poederig wordt ben ik tevreden. Aan de slag!

Ik ben begonnen met de muren goed schoon te maken. Die muren bestaan eigenlijk uit drie delen. Het grootste deel is in juli 2019 gestort. Daar bovenop ligt de constructieve betonlaag en daar bovenop ligt een stukje metselwerk, dat voorkwam dat het schuimbeton de kelder in liep. Die bovenste twee gedeelten zijn ruw genoeg voor de kalkstuc om te hechten, maar het gestorte beton is veel te glad en zuigend.

Allereerst heb ik (volgens het boekje) een natuurlijke ‘voorstrijk’ gemaakt van gekookte bloem (een soort behanglijm) met zand erdoor. Helaas bleek dat onvoldoende te hechten aan het gladde beton. Na droging kon ik het er zo af trekken. Daar kon ik dus niet op stuken. De staalborstel gepakt en alles er weer af gehaald…

Helaas had ik op dat moment nog geen advies van de Mortel Compagnie gekregen, dus heb ik mijn toevlucht maar genomen tot reguliere voorstrijk (Betokontact). Dat hielp. Maar ik had liever een ecologischer ondergrond gebruikt.

Volgende vraag: wat voor mortel? Vorig jaar waren er na het storten van de kalkhennep 10 zakken kalk over. Die heb ik toen in water gezet om ‘putkalk’ te maken. Hoe langer de kalk in water staat, hoe beter het wordt. En dan mengen met zand. Voor de eerste muur heb ik het zand gebruikt dat we over hadden van het straten van het terras. Het was wat fijner van korrel dan het metselzand. Althans, dat leek zo. Maar met het stuken bleek dat er grove steentjes tussen zaten, die voor lelijke sporen zorgden. Bovendien had ik teveel kalk gebruikt (1 deel kalk op 2 delen zand), met krimpscheurtjes als gevolg.

Volgende muur, nieuwe kansen. Dit keer met metselzand, nog over van het metselen. En wat meer zand ten opzichte van de hoeveelheid kalk ( 1 op 3). Jemig, wat werkte dat zwaar! Na 2/3 muur kon ik mijn arm niet meer gebruiken en was bovendien de kuip leeg. Uiteindelijk bleek een mengsel van 4,5 delen kalk op 10 delen metselzand het best te werken. Elke drie dagen een muurtje, niet alles tegelijk, want dan krijg ik ernstig ruzie met mijn elleboog.

Na het aanbrengen van deze eerste laag moet je een week wachten en de mortel tijdens die week twee keer per dag met een plantenspuit besproeien. Daarna mag ik het afwerken met een dun laagje van kalk met zilverzand. En dan maar hopen dat dat goed uitpakt, zodat ik het ook in de badkamer kan gebruiken.

Storm en regen

Net als ieder jaar (lijkt het) was de tweede helft van februari een opeenvolging van regen regen en regen afgewisseld met buien. En achtereenvolgens de stormen Corrie, Dudley, Eunice en Franklin.

Vooral Eunice was een vuurproef voor het huis. Maar het heeft zich goed gehouden, er is geen dakpan verschoven. Wel is het erg vervelend dat we nog steeds op veel punten de regenwaterafvoer nog niet goed geregeld hebben. Tijdens de regenperiodes stond het huis gewoonweg in het water. De tijdelijke goten die we hebben staan waaien telkens weg. Hoog tijd om de installateur eens definitieve regenpijpen te laten plaatsen (maar ja, de installateur heeft het nog altijd drukker dan druk…)

Behalve de regengoten heeft de storm uiteraard ook de nodige andere tijdelijke voorzieningen weggeblazen. Waaronder het zeil over de zuidschuur. Dat lag er dan ook al vier jaar op en eigenlijk is het verbazend dat het niet eerder volledig was weggewaaid. Om de zoveel tijd woei er een hoekje los, wat ik dan weer met geïmproviseerde touwtjes vastbond. Maar Eunice was toch echt teveel. Jammer, want toen lag ons gezaagde hout dus drie dagen in de regen. Het zeil zelf is nog verbazend goed maar de verstevigde randen met ogen zijn helemaal uitgescheurd, zodat we het niet meer konden vastzetten.

Eigenlijk is dit hok al láng over zijn uiterste houdbaarheidsdatum heen. Maar ja, we hebben even geen tijd om een heel nieuw hok te bouwen. Dus een nieuw zeil besteld en weer een ochtendje hachelijke toeren uitgehaald om het over het wrakke dak te krijgen. Dat houdt het hopelijk weer een paar jaar uit.

Verder hoofdzakelijk afgewaaide takken en een paar omgewaaide bomen in de houtwal, op de Ratellaan en bij de buren . Tot onze verbazing (en opluchting) heeft Eunice de zieke kastanjeboom langs ons pad niet voortijdig laten omwaaien. Gelukkig, want dan was hij waarschijnlijk bovenop allerlei nieuwe aanplant gevallen.

En het water staat weer flink hoog op het weiland. Ach, dat zakt wel weer…

Waterwerken

Wát een boel water is er de afgelopen tijd gevallen! Eigenlijk begon het al in juli, toen er opeens een enorme plens viel. Daardoor hebben de sloten helemaal niet meer droog gestaan afgelopen zomer. In de loop van de herfst en de winter steeg de poel steeds verder. Maar nadat er zondag wéér een hele plens gevallen was leek het wel of we in zuidwest- in plaats van zuidoost-Friesland woonden. Het halve weiland stond onder water.

Eigenlijk moet het water worden afgevoerd door de sloot die richting de Linde loopt. Die sloot hebben we in 2020 laten uitbaggeren, dus dat is het probleem niet. Maar het water uit de poel moet in die sloot komen via een duiker in de dam-achter-de-werkplaats. En die duiker ligt veel te diep en is verstopt. Dat wisten we in 2017 al, maar in 2018, 2019 en 2020 was er eerder te weinig dan teveel water. Dus hadden we daar nog even niets aan gedaan. Dus steeg het water nu verder en verder, tot het bijna over het helofytenfilter heen liep…

…en de loopeenden vrolijk snaterend over de moestuinpaadjes zwommen.

Dus heb ik de dam-achter-de-werkplaats maar doorgegraven. Aan de ene kant stond het water wel 40 cm hoger dan aan de andere kant!

Nu maar even rustig het ‘meer’ laten leeglopen (na 24 uur is het al flink gekrompen). Als het water wat gezakt is zal ik de sleuf nog wat verder uitdiepen, dan kan er een nieuwe duiker in. Zo is er altijd wat…

Hazelaarshakhout

Langs ons toegangspad en rond de ‘zuidschuur’ staan hazelaars. Heel ver uitgegroeide hazelaars.

Zó zag het eruit in april 2017, toen we het kochten. Het pad liep oorspronkelijk vlak langs de hazelaars. De narcissen zijn ooit langs het pad geplant. Je kunt zien dat naarmate de hazelaars groeiden het pad langzamerhand het weiland in schoof.

Maar als er blad aan de struiken komt, zakken de takken naar beneden, over het pad heen. Daarom hebben we, toen we in 2017 het pad lieten verstevigen, het nóg een stukje verder het weiland in verlegd.
(Op de foto hieronder is goed te zien hoe ver we het al hebben opgeschoven: de steentjes rechts in de nieuwe sleuf waren oorspronkelijk het linker spoor, vanuit deze positie gezien! )

Maar de hazelaars zijn uiteraard vrolijk doorgegroeid. Het werd dus echt tijd om ze eens ‘af te zetten’. Temeer omdat er dan weer nieuwe rechte uitlopers aan komen, die bijvoorbeeld bruikbaar zijn als bonenstaak in de moestuin.

Een flinke klus, die ik al drie winters voor me uit geschoven had. Gelukkig kreeg ik hulp. Rogier van Crea Natura maakt wandelstokken van hazelaarhout. Hij was bereid het zaagwerk te doen in ruil voor de stokken die voor hem bruikbaar waren.

(Ik heb weliswaar een cursus motorzagen gedaan. Maar mijn knie is nog steeds niet 100% stabiel. Op ongelijk terrein misstappen met een lopende kettingzaag in je handen… brrr, de gedachte alleen al!)

En Lonneke en Nathalie kwamen helpen met het sleep- en sorteerwerk. Gelukkig hadden we er mooi weer bij!

Stukken die bruikbaar zijn voor wandelstokken werden er zorgvuldig tussenuit gezocht. Rogier stelt hoge eisen aan het materiaal voor zijn workshops!

De grote stukken worden nog verzaagd tot brandhout. En het kleine spul ging op hopen. Dat moet ik nog snipperen voor op de moestuinpaden.

De zuidschuur kwam door de werkzaamheden wel heel prominent in beeld, wat de landschappelijke verbetering enigszins teniet doet. Dat is om ons er aan te herinneren dat er ook nog iets te doen is als we ooit per ongeluk het huis af krijgen 😉 .

We hebben niet het hele bosje af gekregen. Dat geeft niet, volgend jaar verder. Door het te faseren is er ook steeds voldoende hazelaarstuifmeel beschikbaar voor vroege insecten. Rogier heeft een mooie berg materiaal voor wandelstokken en ik heb een mooie berg hout voor onze verwarming. Met hulde aan Nathalie en Lonneke (die de dag erna spierpijn hadden).

De landschappelijke verandering is gigantisch. Afgelopen jaren hebben de narcissen maar matig gebloeid. Zou dat nu weer beter worden nu ze meer zon krijgen, of zou ik ze moeten verplanten zodat ze langs het nieuwe pad weer in verse aarde staan? We zullen het merken, dit voorjaar…

Bovenkamers

Terwijl ik met beton aan het spelen was, heeft Joris vele weekends achter elkaar héél hard gewerkt aan de verdieping.

Eerst moest de zwevende vloer gemaakt. Op de balken hebben we een planken plafond / vloer aangebracht. Maar dat is helemaal niet waterpas. Het gebint is namelijk gemaakt van vers hout. En dat werkt. Dus de balken zijn de afgelopen jaren enigszins kromgetrokken. Dat zie je niet, maar de vloer golft dus.

Sowieso moet er een tweede laag op, want over de vloer liggen immers alle elektriciteitsleidingen en ventilatiebuizen. Bij het aanbrengen van een tweede (zwevende) vloer kan je die mooi wegwerken. Om te voorkomen dat de ruimte tussen de vloeren een klankkast wordt heeft Joris die ruimtes volgepropt met vlaswol en schapenwol. Dat zorgt er natuurlijk ook weer voor dat de warmte beter beneden blijft hangen. Over deze tweede vloer heen komt ook nog een laag akoestisch dempende platen.

Het aanbrengen van de zwevende vloer was een ENORM karwei. Het moet namelijk niet alleen waterpas, maar ook stevig. Je moet de platen dus aan het eind vastschroeven. Maar dat kan niet, wanneer het eind van een plaat precies uitkomt waar een ventilatieslang ligt. Dat was dus een hele puzzel. Al met al is Joris bijna zes weekends bezig geweest om het allemaal netjes weg te werken.

Toen de vloer eenmaal lag heeft Joris de dakkapel geïsoleerd en afgewerkt. Ook dat was een enorm karwei, met heel veel platen isolatiemateriaal en plankjes die in twee richtingen precies onder de juiste hoek moesten worden gezaagd. .

En daarna het andere dakraam. Om zoveel mogelijk licht binnen te laten vallen heeft Joris dat niet haaks op het dakvlak afgewerkt, maar met schuin weglopende ‘dagkanten’. Dus inderdaad, weer veel schuine kantjes. Maar dan heb je ook wat!

En daarna moest uiteraard de vlaswol isolatie weggewerkt achter dampopen folie. Nu moet het nog afgetimmerd met platen of planken. En de akoestische ondervloer en parketvloer moeten er nog in. Maar als het móet (bijvoorbeeld als er opeens tóch nog echt winterweer voorspeld wordt) zouden we in deze kamer kunnen trekken.