Wind- en waterdicht!

Hiep hiep hoera! Het Glas Is Geplaatst! En dat betekent dat we (bijna) Wind- en Waterdicht zijn!

Het begon gisteren al, toen er opeens een wanhopige (Duits sprekende) chauffeur het pad op kwam lopen. Uiteraard nét toen ik kaas stond te maken en niet kon ophouden met het roeren van de wrongel. Hij kwam de ruiten brengen, maar durfde met zijn (10 meter lange) glas-wagen niet de lastige bocht van ons pad op te draaien. Je moet daar een scherpe bocht maken, tussen twee sloten door.

Ik zeg altijd héél nadrukkelijk bij alle leveranties dat onze locatie “alleen bereikbaar is voor auto’s van maximaal 10 meter lang, met een goede chauffeur”. Maar soms gaat het over zoveel schijven dat het niet helemaal overkomt. Hoewel uiteraard geen chauffeur zal toegeven dat hij “geen goede chauffeur” is 😉 . Enfin, het is gelukt om het glas heelhuids hier te krijgen. (Hoe de kaas is geworden wachten we af.)

De rest van de woensdag heb ik besteed aan opruimen in en om het huis. In onze beide vorige huizen is bij het plaatsen van nieuwe ruiten een ruit gesneuveld. Het leek me handig om zoveel mogelijk ruimte vrij te maken voor mannen die met loodzware triple glas ruiten moeten sjouwen.

Vanmorgen stonden stipt om 07.00 de glaszetters op de oprit. Het was nog donker… Gelukkig hadden ze bouwlampen bij zich.

Toen ik om 09.00 terug kwam van een rondje-met-het-hondje zaten al die loodzware triple glas ruiten er al in! Even koffie, vervolgens kitten, en om 11.00 zwaaiden Aska en ik de mannen van achter het glas uit.

En geheel volgens voorspelling: wat een enorm verschil! Ineens voelt het echt als ‘binnen’. In Een Huis. De wind blijft buiten (en vanaf nu de regen ook!).

Het triple glas laat iets minder licht door. Het gekke is, dat het niet donkerder aanvoelt, maar juist lichter. Waarschijnlijk doordat het nu echt als ‘binnen’ voelt. En je bent gewend dat het binnen donkerder is dan buiten. De woonkamer en woonkeuken zijn heel licht. En als de muren gestuukt zijn (over een jaar of zo) wordt het nog veel lichter.

Op dezelfde manier voelt het ook opeens ruimer dan toen de raamopeningen nog leeg waren. Het feit dat het opgeruimd is zal daarbij helpen. Ik kon de verleiding niet weerstaan om de ‘keuken’ meteen een beetje in te richten…

Ook heel fijn: nu kan het huis op slot! Er ligt allerlei gereedschap dus we durfden het erf de afgelopen maanden eigenlijk niet onbeheerd achter te laten. En omdat ik sinds deze week de schapen nog maar 1 x per dag melk heb ik opeens een stuk meer bewegingsvrijheid en kan ik bijvoorbeeld een dagje weg. Hoera!

Natuurlijk zijn er altijd nog dingetjes. Zo moet er nog beslag op de deuren (dat is ook wel fijn om deuren van buitenaf te kunnen openen…). En nu waait het nog door de gaten waar de deurkrukken in moeten. En aan de onderkant van de deuren zitten nog kieren langs de deurkozijnen die moeten worden gedicht. Bíjna wind- en waterdicht dus. Genoeg voor bubbels!

Schuren

Het eerste wat iedereen die ons nieuwe huis bekijkt opmerkt is: “Wat prachtig, die ruige eiken balken! Blijven ze wel in het zicht?”

Dat is wel de bedoeling ja. Maar dan moeten ze wel ietsje gladder worden. Een ruige uitstraling is prachtig, maar ik wil wel de onvermijdelijke spinnenwebben eraf kunnen vegen.

(We hebben hier echt bizar veel spinnen. Gelukkig maar, want anders zouden we nóg meer vliegen hebben).

De balken zijn nu ‘fijnbezaagd’, wat dus niet zo erg fijn is. In de huidige staat blijven niet alleen spinnenwebben, maar ook de hele stofdoek eraan plakken.

Na het behandelen met oxaalzuur van het gebint ben ik dus gaan schuren. Joris had speciaal een nieuwe excentrische schuurmachine aangeschaft. Lichter en veel krachtiger dan de vorige. Met een hoog vermogen en heel veel schuurbewegingen per seconde.

“Pas je wel op dat hij zich niet invreet?” zei hij nog.

Nou.

Het eikenhout bleek zo kanonnehard dat ik de schuurmachine met korrel 24 (!) wel 10 minuten op één plek kon houden en dat nog steeds de ribbels van het zagen op de balken zaten.

Er was duidelijk zwaarder geschut vereist.

Dus nu doe ik alles eerst met de haakse slijper, met schuuropzetstuk. Helaas is dat niet alleen een zwaarder apparaat in termen van vermogen, maar ook in termen van gewicht. Wat vooral vervelend is bij de onderkant van balken, dis nu eenmaal van onderaf geschuurd moeten worden. Ik houd het maar een paar uur vol en zit ’s avonds met trillende armen op de bank.

Hij maakt ook een werkelijk ongelooflijke herrie. En ondanks de aanschaf van een speciaal opzet-afzuigstuk vliegt er enorm veel grof schuursel vanaf. Ogen, neus en haren komen vol te zitten.

Eerst de ribbels en grote oneffenheden weghalen met de haakse slijper, op korrel 40. Daarna is het glad maken met de schuurmachine met korrel 60 een eitje. Korrel 60 klinkt nog niet heel erg glad (voor mensen die wel eens met schuurpapier werken), maar het is glad genoeg. In ieder geval voor de balken boven je hoofd (daar sta je toch niet met je neus op). Glad genoeg om spinnenwebben weg te halen. En met een alleszins acceptabele ruige uitstraling. Wie weet schuur ik de staanders ook nog met korrel 80.

Daarna ga ik het hout behandelen met Verbeterde Houtolie van De Cokerije, mogelijk nog verdund met terpentijn- of citrusolie. Dat moet ook gaan helpen tegen de spinthoutkevertjes. Want dat hoofdstuk was ook nog niet afgesloten.

We hebben over de kevertjes allerlei mensen geraadpleegd, die met allerlei adviezen kwamen, die (uiteraard) grotendeels niet overlapten en soms ronduit tegenstrijdig waren. Dus gaan we maar op ons gezond verstand af en hopen op het beste. (En nu ik ervaar hoe kanonnehard dat hout is krijg ik ook het gevoel dat het gekeverte wel echt flink moet doorknagen om structurele schade aan te richten.)

Gif en gas vinden we allebei eigenlijk geen optie. Een warmtebehandeling gaat dit jaar niet meer lukken. En daarbij twijfelen we of dat effectief is: zoals ik al eerder schreef ligt er hier zoveel eikenhout rond het huis, dat er altijd plekken zijn waar de kevertjes een toevlucht kunnen vinden. Om vervolgens het huis weer te her-infecteren.

Dus voorlopig kiezen we voor een andere strategie. We proberen het hout ín het huis minder aantrekkelijk te maken voor de kevertjes om er eitjes op te leggen. En wat ze buiten uitvreten moeten ze zelf maar weten.

Door de olie schijnen ze het hout minder lekker te vinden om eitjes op te leggen. Dat heeft ook als voordeel dat we het hout stukje bij beetje kunnen behandelen, steeds als er weer een project klaar is. En daarnaast een zak eikels in de nok ophangen, waar ze juist heel graag eitjes in schijnen te leggen. En die zak eikels dan ieder voorjaar verbranden (en vervangen door verse).

Op die manier hopen we de activiteiten van het gedierte voldoende te kunnen sturen. Het is nu eenmaal hun werk om dode bomen op te helpen ruimen. Maar ja, deze bomen hadden wij nu juist dood gemaakt met de bedoeling dat ze lang intact zouden blijven.

Al die balkjes bij elkaar zijn overigens nog een puur beetje schuren. Ik heb uitgerekend dat het in totaal om en nabij de 200 m2 oppervlak is. Ik ben dus deze winter nog wel even onder de pannen, qua klus.

(Wat uiteraard een stuk beter is dan óp het dak zitten, zoals afgelopen winter. Wat heerlijk dat we komende winter ‘onder dak’ kunnen klussen!)

Kozijnen

De afgelopen weken is Joris druk geweest met het plaatsen van de kozijnen. Wat een verschil maakt dat!

Alles rondom netjes aftappen

Veiligheidshalve begonnen met de kleinste ramen…
Met de (loodzware!) deuren kwam de aannemer helpen
De keukendeuren!
Met wat plantjes erbij ziet het er nog véél gezelliger uit
Het wordt helemaal echt!
En dan de voorgevel

Nu alleen nog de allerlaatste grote ramen in de voorgevel. Maar dan moeten eerst de hardstenen onderdorpels (waterslagen) geplaatst worden. Dat was eerst anders bedacht, maar dit lijkt toch het mooist. Alleen betekent het dat er weer wat baksteen moet worden weggeslepen om de onderdorpels te laten passen. En zo is er altijd iets wat eerst moet, voor je iets anders kunt doen…