Vanwege het droge herfstweer stonden er nog twee klussen heel hoog op mijn verlanglijstje: een muurtje in de sloot en het omleggen van de afvoer van het helofytenfilter.
Muurtje in de sloot? Achter de werkplaats groeit de ‘Grote Eik’ in de slootkant. Die sloot staat alleen ’s winters vol, en dan zwemmen de loopeenden erin. Zij prikken in de slootkanten op zoek naar beestjes. Maar daardoor kalft de slootkant steeds verder af.
Ik maakte me zorgen over dit ‘ondergraven’ van de Grote Eik. Als die zou omvallen trekt hij de hele fundering van de werkplaats mee. Daarom wilde ik een laag muurtje van stoeptegels in de sloot leggen. Daarachter kan grond gestort (eh…als we die een keer over hebben. We hebben nu net alle beschikbare grond gebruikt om het te hoog gelegde erf aan te helen…) zodat de slootkant niet meer verder ondergraven wordt . De eendjes zijn gelukkig niet sterk genoeg om stoeptegels te verplaatsen.
Alleen kan ik door de knieblessure momenteel onmogelijk met zware kruiwagens met stoeptegels sjouwen, laat staan de slootkant op en af klauteren met stoeptegels in mijn handen. Gelukkig kwam Marijn weer helpen. Joris en Marijn deden het sleepwerk, ik hoefde alleen maar tegels op hun plek te leggen. En toen was het maar een uurtje werk!
Als de Grote Eik zou omvallen, zou hij met zijn wortels de fundering van de hele werkplaats meetrekken… Nu alleen nog wat grond storten binnen het muurtje!
Meteen ook nog een andere klus gedaan: de uitvoer van het helofytenfilter naar de eendensloot omgelegd.
Toen we in 2017 het helofytenfilter aanlegden hebben we de afvoer naar de toenmalige sloot gelegd. We hadden toen nog vaag het idee om de sloot tussen de moestuin en het helofytenfilter misschien ooit te dempen (en er een buis door te leggen). Daarom legden we de afvoer een eind weg, naar wat toen nog een sloot was, maar waar we ooit de poel zouden graven. Dat deden we in 2018. En sindsdien kwam ons gezuiverde afvalwater dus in de poel. Maar dat zat me eigenlijk niet helemaal lekker.
De poel heeft toch al een hogere nutriëntenbelasting dan we zouden willen. Dat is te zien aan de begroeiing: pitrus, lisdodde en riet dreigen het over te nemen. Om dat te voorkomen maaien Hans of Jaap twee á drie keer per jaar een deel van de begroeiing af. Daarbij laten ze altijd een deel staan voor de boomkikkers en alle andere dieren die er in wonen. Het maaisel breng ik naar het hogere deel van het terrein. Daar gebruik ik het als mulch rond de jonge boompjes. Daar bovenop kunnen we juist wel wat meer voeding gebruiken! Maar het regenwater spoelt de voedingsstoffen uit het weiland (logischerwijs) naar beneden, de poel in.
Nu kan ik aan de in- en uitspoeling van het weiland weinig doen, maar het is een kleine moeite om de afvoer van het heloytenfilter om te leggen naar de eendensloot. Maar in de zomer is het er te dicht begroeid en is de grond hard en droog, en in de winter staat er water in de sloot. Ik had het in de herfst van 2023 willen doen, maar toen stond er al vanaf augustus water in de sloot. Nu stond de sloot nog droog en waren de omstandigheden ideaal. Althans…als we die afvoer zouden kunnen vinden. Dat kostte heel wat gegraaf (door Marijn) en gezoek en getuur op de foto’s uit 2017.
De hele afvoer opgraven was teveel (zwaar) werk. Dus voorlopig zit die nog in de grond. We hebben er een bochtje aan gezet en een nieuw stuk slang. En de eendensloot weer een beetje uitgegraven. Waarbij we nog weer een andere buis tegenkwamen. Hebben wij die destijds aangelegd of dateert die nog van vóór onze tijd? We weten het zelf niet eens meer…
NB dit blogje schreef ik op 10 november. Maar alle foto’s zijn mislukt of verdwenen. Ik dacht ze later nog weer te maken. Maar toen ging het ineens regenen en liep de sloot vol. We waren dus maar net op tijd…
Nadat de stratenmakers weg waren, waren er heel veel klussen te doen. Klussen die pas konden gebeuren als de bestrating zou zijn aangebracht (zoals het eindelijk opruimen van de stapels tegels en dakpannen op de achterweitjes), klussen die voortkwamen uit het bestraten (herstelwerkzaamheden), de klussen die nu eenmaal altijd moeten gebeuren in de herfst (zoals de moestuin opruimen en het helofytenfilter maaien) en klussen die in elk geval moeten gebeuren voor het weer heel nat winterweer wordt (zoals werkzaamheden in de sloot). Maar zoals dat gaat, liep het weer anders.
Eind augustus viel mij op, dat ik een beetje last van mijn knie had. Nou ja, dacht ik, niet op letten. Ik sla wel een keer volksdansen over. En als ik bezig ben, valt het helemaal niet zo op.
Maar na een week of vijf was het nog niet over. Sterker nog, ik kreeg alleen maar meer last van mijn knie. Noodgewongen rust houden dus. En dat terwijl het weer deze herfst perfect was om veel buitenklussen te doen: droog, rustig en niet zo heet als in de zomer.
Natuurlijk is er wel het nodige gebeurd.
Joris heeft de aansluiting van de regenwatertank gemaakt. We hebben een pomp in de put (zodat je geen lawaai in huis hebt.)
Die pompt het water naar de kelder. Gelukkig hadden we een mantelbuis(je) aangelegd van buiten het huis naar de kelder toe, voor je-weet-maar-nooit. Omdat het oorspronkelijke plan was, om de wc te gaan doorspoelen met grondwater (waarvoor er onder de kelder een grondwaterbron is geslagen), liep er ook een leiding van de kelder naar de wc.
Dat heeft Joris allemaal netjes aan elkaar gezet. Als de regenwatertank ooit leeg is, moeten we handmatig de leiding naar de wc weer aan de waterleiding koppelen. Maar met ons grote dak en 10 m3 opslag verwachten we dat dat niet vaak zal voorkomen.
Dus nu kunnen we de wc doortrekken met regenwater! Bijkomend voordeel is, dat er door het licht zure regenwater meteen minder kalkaanslag is. Dus minder poetsen. Van de zomer heb ik eindelijk de wc gestuukt en gesausd. Een nette foto maken valt alleen nog niet mee…
Om voldoende werkruimte te makenvoor het aansluiten van het water moest de halve kelder ontruimd. En toen was het eigenlijk het handigst om direct extra planken in de kelder te maken. Dus nu hebben we nog veel meer ruimte om een mooie voorraad aan te leggen!
Heel handig, want intussen haalde ik natuurlijk de nodige oogst uit de moestuin. Ondanks de regenachtige zomer toch een heel aardige oogst aan bataten, pompoenen en aardappels. Nieuw zijn de chayotes. De kolen zijn dit jaar allemaal door de slakken opgegeten en de tomaten kregen Phytophtora maar de prei deed het geweldig. In de vriezer hebben we kapucijners, tuinbonen en de sperziebonen waar niet tegen op te eten viel. Behalve de kool komen we alleen uien, knoflook en fruit systematisch tekort.
Om aan dat laatste wat te doen ben ik in september begonnen voor het huis een fruittuin aan te leggen. Maar vanwege mijn knieblessure is dat project gestrand nadat ik de eerste rijen palen geplaatst had. Langs de palen komen draden, en daarlangs ga ik kleinfruit leiden. Bramen, vijgen, tayberries, loganberries, jostabessen, zwarte, rode, witte en roze aalbessen, blauwe bessen en frambozen. Ik heb alles in huis, de draden, draadspanners, het plantgoed, maar moet wachten tot ik mijn knie weer vol kan belasten!
Op deze plek komt de hele dag zon, dus de fruitstruiken hebben ook veel water nodig. Daarom is er ook een watertank van 2000 liter geplaatst. Daarvoor moest er een nieuwe aansluiting aan de goot gemaakt. Joram hielp met solderen.
Voorlopig is de nieuwe tank even provisorisch aangesloten met een pvc pijp die we nog hadden. Dat moet zink worden, dan oogt het iets eleganter. Om de tank heen komt gaas. En aan de zuidkant van de tank plant ik een vijg die aan het gaas aangebonden wordt. De vijg zal bij lage temperaturen profiteren van de bufferende werking van het zwarte vat en het water daarin.
(Ja, bij echt strenge vorst moet het vat leeg. Maar hoe vaak hebben we nou nog echt strenge vorst?)
Dan hadden we nog wat herstelwerkzaamheden te doen. De stratenmakers hadden het pad niet mooi aansluitend aan het puinpad gelegd. De bestrating begon met een drempel van 19 (!) cm. Met dit bedrijf in discussie gaan leverde alleen maar ergernis op. Dus is Jochem ons weer komen redden. We hebben de laatste drie meter bestrating eruit gehaald en opnieuw aangelegd.
Vervolgens hebben we het oude parkeerplaatsje voor het huis weggehaald (dat lag precies in de zichtlijn vanuit het huis). Het puin hebben we gebruikt om het pad op te hogen én om een (par)keerplek verderop, in de bocht van het pad, te maken.
En daarna het gat van het oude parkeerplaatsje weer opgevuld met de laatste grond die onder onze fundering vandaan is gekomen. Nu is het weiland weer vlak. En kon ik alles inzaaien met een kruidenrijk zaadmengsel, speciaal voor schapen.
En intussen is het alweer half november en stoken we de kachel weer. Naar het schijnt beginnen binnenkort de herfst/ winterregens. Ik was graag al verder geweest met de aanleg van de fruittuin, het opruimen van de moestuin en de andere tienduizend begonnen-en-half-afgemaakte klussen, maar het is niet anders. We hebben heel wat voorraad op de planken, laat het maar winter worden.
En toen was het tijd voor de Laatste Echt Grote Klus: het bestraten van het erf. We modderen al zeven jaar aan op het onverharde erf. De eerste herfst regende het zo vreselijk veel, dat we in december alleen over een looppad van planken van de oude boerderij (die stond toen nog) met droge voeten naar de stacaravan konden komen.
De jaren daarna ging het erf veelvuldig open en weer dicht. Om riolering van de stacaravan naar de septic tank aan te leggen, om de afvoer van de werkplaats daarop aan te sluiten, om water en stroom naar de werkplaats te trekken, om de riolering van de stacaravan weer af te sluiten toen die weg was, om een oude septic tank te verwijderen… het werd er allemaal niet begaanbaarder op.
Daarbij snak ik al jaren naar afgebakende parkeerruimte voor onze eigen voertuigen en die van bezoekers (en bezorgers), zodat er niet meer overal op het gras ge(par)keerd wordt. Door het gebruik als (par)keerplaats is de grond voor het huis inmiddels zo hard als steen geworden. Zelfs de scherp gepunte paaltjes van de schapenhekjes krijg je er nauwelijks meer in. Bovendien vinden we het helemaal niet fijn dat we aan de voorkant van het huis uitkijken op het parkeerplaatsje dat is aangelegd vanwege de gelekte olie in april 2018. Groen gras kijkt fijner.
Er zit dan ook al jaren een grote parkeerplaats / bestraat erf achter het huis in de planning. Maar uiteraard moest eerst het huis gebouwd. En de nieuwe stal gebouwd. En de oude stal afgebroken. En nog een miljoen dingen. Maar dat is nu eindelijk allemaal gebeurd. Er moeten nog wel een paar schuurtjes en houthokjes gebouwd worden, maar dat kan ook, zelfs beter, als de bestrating er eenmaal ligt.
Het plaatsen van de regenwatertank zorgde natuurlijk ook voor een ravage. Om de overlast zo beperkt mogelijk te houden hadden we daarom die plaatsing en de bestrating in één keer aanbesteed. Het zou allemaal binnen twee weken gebeuren. Zo zou de overlast een beetje binnen de perken blijven en zouden we snel verder kunnen met de rest van de najaarsklussen.
Dit was een klus waar ik best tegenop zag. Niet alleen moest om te beginnen alles wat je straks op dat bestrate erf kwijt wilt, juist van het erf áf. Het is ook een enorme klus, met veel zware materialen (zand en stenen) en dus grote machines. Zoals ik al vreesde leverde dat al snel de nodige (en onnodige) ‘collateral damage’ op aan het land, het puinpad en de delen van de tuin die al zijn aangelegd.
Eerst kwam er een enorme hoeveelheid (ongeveer 60 m3) zand. Daarvoor moest dus zes keer een enorme trekker met enorme kieper zand het pad op rijden en keren (op het weiland uiteraard) om het te kunnen storten. Op sommige plekken is het erf wel 40 cm hoger geworden! Dat was best even schrikken. We kregen de eerste discussies met de mannen over de hoogteligging. De bestrating werd nu wel heel prominent.
Het was direct al wel prettig om nu rechtstreeks van het huis naar de stal te kunnen lopen, zonder dat je over en om allerlei obstakels hoeft heen te lopen.
Daarna werden de banden voor het straatwerk op hoogte geplaatst. In het straatwerk hebben we een paar ‘plantsoentjes’ uitgespaard. Om het erf niet helemaal tot steenwoestijn te maken, omdat er ter plaatse van de regenwatertank niet met auto’s gereden mag worden en omdat er allemaal kabels en leidingen naar boven komen. Al er dan iets aan de aansluitingen veranderd moet worden hoeven we tenminste niet het straatwerk open te maken.
Hier is de afvoerbuis van de regenwatertank te zien, die loopt langs de vijver en de vlonder naar de sloot.
Dan de stenen… die moesten natuurlijk ook met een grote kiepwagen gebracht. En ergens gestort. Dat gebeurde op zich redelijk netjes op en naast het oude parkeerplaatsje.
De stenen werden met een shovel gebracht van de voorraad naar het punt waar ze aan het bestraten waren. Maar die shovel pakte ook de hele grasmat waar de stenen op lagen mee. En bovendien werd de ‘dijk’ van stenen steeds verder het gras op geschoven. Het begon er vóór het huis steeds kapotter uit te zien. En er kwam de nodige zwarte aarde in het nieuwe straatwerk.
Intussen konden we maar beperkt van het erf gebruik maken. Elke avond en ochtend gepuzzel om de schapen van en naar de stal te krijgen.
Na een poosje besloten de mannen dat er zand tekort was, dus er werd nog wat gebracht. ” Ja, nu ligt er wel wat veel. Maar dat ruimen we wel weer op.”
Onze irritatie begon aardig toe te nemen. De mannen hadden nogal wat sturing nodig, maar waren daar niet erg van gediend. Opmerkingen over de hoogteligging of de uitvoering werden kortaf, niet of met een smoesje beantwoord. En we konden er nooit van op aan of ze kwamen of niet. (Zelf hoorden ze dat overigens ook pas ’s ochtends vroeg.) Op vrijdag 13 september zou het straatwerk worden afgemaakt. Het moet gezegd worden: dat was binnen twee weken. Maar twee uur na hun normale aanvangstijd kreeg ik een appje dat ze die dag niet kwamen.
Op maandag gingen ze verder. Blijkbaar was er nu wel noodzaak om het snel af te krijgen, want er werd opeens geen pauze meer gehouden. Op blikjes Fanta en Red Bull (die ik later overal terugvond) werd er doorgestoomd, waarna de stratenmakers zonder groet vertrokken. Het restant van de stenen nog zou worden opgehaald.
Nu lag er nog flink wat: Van 17.00 tot 20.00 waren twee jongens bezig om het restant stenen op te ruimen. De 20 m3-container (!) was helemaal vol. “En het zand dan?” “Dat komen we zo dadelijk nog ophalen.”
Om 21.45 kwam er nóg een container, voor het overtollige zand. En zo stonden we tot 22.30 in het stikdonker te proberen om het zand dat op en naast het puinpad lag enigszins schoon in de container te scheppen.
Daarbij bleek dat onder het zand de bestrating niet aansloot op het puinpad. Er zit een hoogteverschil van maar liefst 19 cm tussen en er is ook niets gedaan om de bestrating daar vast te zetten. Dus binnen een paar dagen zagen we de stenen al loskomen.
Aan de andere kant van het erf loopt de bestrating niet áf naar het oude maaiveld, maar juist omhoog. Er is een hele berg zwarte grond gedumpt om dat ‘netjes’ af te werken. Maar we hebben de mannen (voor ze vertrokken) vriendelijk gezegd dat dat niet meer hoefde. We vermoedden dat daarbij meer kapot gemaakt dan hersteld zou worden.
Dus. Aan de najaarsklussen komen we voorlopig niet toe. Er moet een heel stuk weiland gefreesd en opnieuw ingezaaid worden om de grasmat te repareren. De vijver bij de moestuin moest half afgebroken worden, zodat ik ‘m iets kon verhogen, om hem iets beter bij het nieuwe maaiveld te laten aansluiten. Dat moet op die plek namelijk flink omhoog gebracht, want nu ligt er een diepe kuil tussen bestrating en werkplaats/vlonderterras.
We moeten iemand vinden die de uiteinden van de bestrating opnieuw kan leggen (en nu wel stevig en richting het bestaande maaiveld), we hebben besloten niet meer in discussie te gaan met dit bedrijf. (Helaas zitten alle andere bestratingsbedrijven tot volgend jaar vol…).
Er moeten vele, vele kruiwagens grond versleept worden om overal het maaiveld op te hogen richting de bestrating. (Aan het feit dat het midden van het erf zeer prominent te hoog ligt is echt niets meer te doen, behalve helemaal opnieuw bestraten).
De mooie kastanjehouten hekjes rond de moestuin moeten grotendeels verplaatst, om aan te sluiten bij het nieuwe pad, de nieuwe vijver en het vlonderterras (nou ja, dat was onvermijdelijk). De border moet opnieuw ingeplant.
En het puinpad, wat nu vol kuilen zit, moet gerepareerd worden. Als we dat laten doen met het puin van het oude parkeerplaatsje kan de overgebleven zwarte grond (er ligt nog steeds een bult van het uitgraven van de fundering van het huis) gebruikt worden om het gat dat ter plaatse van het parkeerplaatsje overblijft op te vullen.
Zoals ze hier zeggen: “D’r is een bult wark achter wegkomm’n.” En dat is nog los van de klussen die ik al gepland had ‘voor als de bestrating er zou liggen’.
Maar goed, we kunnen nu wel met droge voeten van het huis naar de stal en de werkplaats, de trekker staat onder dak en er is ruimte om (niet op het gras) te parkeren. Dus aan de slag maar weer.
De zomer is voorbij en de laatste week van augustus /eerste week van september zijn meteen gruwelijk druk! Niet alleen kwamen de stratenmakers een tank plaatsen en het erf bestraten, het rammetje van dit jaar moest ook naar de slager gebracht (dat is een hele operatie want hij moet voor 6 uur ’s ochtends in Dokkum afgeleverd en we moeten er een goedgekeurde veewagen voor lenen) én het was goed weer om het hoognodige laatste hooi te maken.
En dit keer gewoon hooi, geen kuil! Want we hebben nu een echte hooizolder!
Dus veel schudden, harken, voldoende laten drogen, de balenpers en… voor de eerste keer hooi op de hooizolder. Mooi wark!