Zuidschuur

 

We hebben op ons land diverse schuren staan. Die hebben we allemaal een naam gegeven: de zuidschuur, de noordschuur, de westschuur en de stal. En dan was er nog de overkapping (inmiddels verwijderd) tussen de stal en de noordschuur, en het varkenskot.

Varkenskot en noordschuur

De westschuur heeft inmiddels moeten wijken; daar bouwen we nu de werkplaats. Zodra die afgebouwd is kunnen de spullen erin die nu nog in het huisje en de stal staan opgeslagen. Het huisje en de stal kunnen dan worden afgebroken zodat we daar het nieuwe huis kunnen bouwen. En als dát af is (als het ooit zover komt) kunnen we de noord- en de zuidschuur aanpakken. Die moeten in de tussentijd dus nog even blijven staan, zodat we er zaken in kunnen opslaan die enigszins tegen de elementen kunnen.

Zuidschuur, maart 2017

Maar bij de zuidschuur werd dat steeds problematischer. Die was al niet best, meer een soort kapschuur. Een gebint wat deels uit levende eiken bestaat (!), met een bekleding van oude planken, aluminium, verzinkt en glasvezel golfplaat, uitgehamerde stukken blik en heel veel asbest. In september is het deel van het dak en de ‘muren’ dat uit asbestplaten bestond er af gehaald. In de loop van de winter  heb ik de zijkanten weer dichtgezet met oude deuren en het dak aangeheeld met  stukken metaal en kunststof die vrij waren gekomen bij de afbraak van de westschuur en de overkapping. En nèt toen ik daarmee klaar was kwam de eerste ‘Siberische beer’ langs. Mijn eigen nieuwe-oude-golfplaten-dakje hield goed. Maar de noordoostenwind  dook daaronder door en scheurde de oude, bros geworden kunststof platen aan de andere kant er finaal uit.

Dat was lastig, want hoe repareer je dat? Je kunt het dak namelijk niet op, omdat het allemaal oude, wrakke brosse golfplaten zijn.  En aan de achterkant kan je er ook niet dichtbij komen, omdat daar een sloot loopt.  Een echt degelijke oplossing is zonde van het geld en de tijd – ooit moet daar een echt gebouwtje komen . Uiteindelijk besloten we er maar een zeil overheen te spannen. Dus dat was één van de klusjes voor het Paasweekend.

Stap 1 was het verwijderen van zoveel mogelijk van de dikke laag blad en takjes die zich op het dak had verzameld. Dat kostte nog veel moeite – het dak was toch wel groot en zoals gezegd kon ik er slecht bij.

Ook bij deze schuur zijn levende bomen domweg als staanders gebruikt
Het líjkt alsof de keukentrap op droge grond staat. Maar in feite staat hij in de sloot achter de schuur. De ‘droge grond’ is wat ik van het dak geveegd heb.

Daarna moest ik alle scherpe zaken op het dak verwijderen die door het zeil zouden kunnen heen prikken. Spijkers en schroeven lieten zich verwijderen of platslaan. Over de scherpe randen en hoeken  van de metalen golfplaten, waar die tegen de nokbalk getimmerd zitten, heb ik stukken oude dakgoot ondersteboven aangebracht. Door ze een beetje plat te duwen kon ik ze domweg aan de nokbalk vast schroeven en zorgden ze voor een mooie ronding, waar het zeil niet door beschadigd zou worden.  Echt heel leuk om te doen was het niet, want ik moest dat plat op mijn buik liggend op de nokbalk doen, met aan weerkanten niets dan wrakke golfplaten tussen mij en vier meter lager.

Stap 3 was het aanbrengen van een raamwerk van latten om het zeil over het ‘gat’ enigszins te ondersteunen. Anders zou het bij regenachtig weer waarschijnlijk erg gaan doorhangen.

En tenslotte hebben we met ons tweeën het zeil van binnenuit over het dak geduwd, verdeeld, uitgerold en rondom vastgezet met goedkope ‘spinnen’ van de Action.

Een echte stormvaste oplossing is dit nog niet, daar moeten we nog even over nadenken. Vastschroeven van het zeil met latten kan in elk geval niet. De planken van de schuur zijn zó rot, dat je die latten eenvoudigweg nergens aan vast kunt schroeven. Maar in ieder geval is er voorlopig weer een droog plekje gecreëerd.

Intussen heeft Joris de isolatie en wapening aangebracht voor  de vloer van de nieuwe werkplaats. Het pak isolatie (piepschuim) is dikker geworden dan we oorspronkelijk van plan waren. Maar de aannemer wilde liever dat de vloer gelijk werd met de gemetselde muurtjes, in plaats van 8 cm eronder. Hij gaat de betonvloer namelijk afvlinderen en het schijnt te kunnen gebeuren dat je dan met het zware, ronddraaiende vlinderapparaat tegen de muur tikt, er een steen uit breekt en de hele halfharde betonmassa naar buiten loopt. Dus hebben we er nóg maar eens 8 cm piepschuim onder gestopt. Er zit nu haast 30 cm piepschuim onder het beton. Mochten we ooit besluiten om vloerverwarming in de werkplaats te leggen, dan moet dat geen probleem zijn…