Geen blogs?!

Al vijf weken geen blogs toegevoegd…. het levert verontruste mailtjes op. Sorry mensen, het kwam er gewoon even niet van. Er gebeurde gewoon te veel.

De schapen hadden veel jeuk door schapenluis. Dus ondanks het koude wee zijn ze eind april toch maar weer geschoren. Maar zonder hun jasje was het veel te koud om ’s nachts buiten te blijven. Dus moest de hele kudde ’s nachts op stal – wat veel extra werk is (ook al omdat mijn potstalsysteem zeer geïmproviseerd is en ik na een paar keer opstrooien alweer moet uitmesten om te voorkomen dat de dieren over de staldeur heen springen.)

De lammeren groeien voorspoedig. Na drie weken ben ik begonnen met het ‘spenen’; ze laten wennen aan vast voedsel. Gras en brok dus. Dan zet ik ze ’s nachts apart van de moeders. Eerst zo laat mogelijk, rond 22.00 (en dan brullen ze me om 05.00 al weer wakker). Na een week een uurtje eerder. Enzovoorts. Intussen ben ik zover, dat de vier oudste lammeren om 14.00 ’s middags apart gezet kunnen worden. Dat betekent dus veel gesjouw met lammeren (ik vermoed dat de zwaarste intussen rond de 25 kg is), die zich bovendien niet laten pakken, luidkeels protest (vooral van de kinderen, om 05.00 dus) en weer twee keer per dag melken. En de melk verwerken, tot kwark, yoghurt en kaas.

De lammeren van Sandra blijven een beetje achter en weigeren brokjes te eten. Die kan ik dus nog niet zo lang apart zetten. Hoewel… het zal toch moeten. Want op zeker moment (na 3 maanden) moeten de jongetjes ook apart van de meisjes. En het is wel zo handig als de meisjes tegen die tijd weer gewoon bij hun moeders kunnen. Maar dan moeten ze het melk drinken natuurlijk wel ontwend zijn, anders valt er voor mij niets te melken. Een gepuzzel dus.

Daarnaast klaagde Joris over buikpijn. Dat bleek een liesbreuk te zijn. Liesbreukoperaties vallen (uiteraard) onder de niet-acute zorg, die in de ziekenhuizen is afgeschaald. Hij moest daarom uitwijken naar een privékliniek… in Voorschoten (of all places!). Dat werd dus een driedaagse expeditie, met twee hotelovernachtingen. Alles is goed gegaan en intussen is hij alweer helemaal beter.

Net op dat moment had ik drie dagen mijn kleine nichtje op bezoek. Dat was geweldig (samen op de trekker, een houthok bouwen, een vijver aanleggen, lammetjes voeren, helpen op een archeologische opgraving, wandelen met Aska en natuurlijk pannenkoeken eten), maar ook erg vermoeiend. Onze hof is voor een zevenjarige uit Katendrecht natuurlijk een bijzondere omgeving, best spannend om daar zonder papa en mama te logeren!

Uiteraard heeft de moestuin in deze tijd van het jaar veel aandacht nodig. Héérlijk om eindelijk weer eens een nat voorjaar te hebben, ik hoef tenminste niet te gieten. Maar er moet des te meer gewied worden. De groente groeit maar langzaam met dit weer, maar het onkruid vindt het geweldig.

Door de kou en nattigheid kost alles wel wat meer tijd en energie. We lopen per dag natuurlijk ongeveer een miljoen keer op en neer tussen de werkplaats / kantoor, de stacaravan en het huis. En bij nat weer loop je meer modder naar binnen, moet je telkens een jas en laarzen aan- en uittrekken, dat soort dingen. Maar je voelt de natuur herademen. Het is het eerste voorjaar dat we hier meemaken dat de bomen het niet moeilijk hebben. In 2018 was er een rupsenplaag en de twee lentes daarna waren kurkdroog. Dit jaar komen ze ongehinderd in blad.

En door het koele weer verloopt die hele prachtige periode waarin je de natuur steeds ziet veranderen veel langzamer. Eerst kregen de meidoorns blaadjes , toen de sleedoorns bloemetjes, toen zag je één voor één andere soorten in bloei komen. De inheemse vogelkers lijkt al wel een maand te bloeien en het fluitekruid, dat meestal al rond mijn verjaardag is uitgebloeid, is nu nog steeds niet op zijn hoogtepunt. Elke dag is anders, elke dag is genieten. Vooral als er jonge ooievaars je land verkennen (we moeten toch ooit een ooievaarsnest plaatsen!) en reeën in je weiland grazen (hoera! Ze zijn er weer!)

O ja, we zijn ook nog een huis aan het bouwen. Momenteel zijn er veel klussen die we uitbesteden. Maar dat betekent niet dat we niets hoeven te doen. In de praktijk moeten we, als er bouwvakkers komen, een dag voorbereiden, een dag meelopen om alle vragen te beantwoorden en aanwijzingen te geven en een dag opruimen….

Kortom… de dagen beginnen om 05.00 en eindigen om 22.00 en op de één of andere manier kom ik steeds tijd en energie tekort om blogjes te schrijven!